Nagerecht
8 personen

Ricottataart


Ingrediėnten

60 g rozijnen

1 flesje marsala (zoete Siciliaanse wijn 100 ml, slijter)

3 eieren

175 g bloem + extra om te bestuiven +

 165 g fijne kristalsuiker

140 g boter

1 citroen, schoongeboend

2 bakjes ricotta (verse kaas, a 250 g)

1 1/2 tl gemalen kaneel

1 zakje pijnboompitten (65 g)

 

Materialen

bakpapier, deegroller, keukenmachine, springvorm doorsnede ca. 20 cm, steunvulling (bijv. gedroogde peulvruchten)

Bereiden

1. Doe de rozijnen met de marsala in een kom en laat staan tot gebruik. Splits 1 ei. Doe de eidooier, 175 g bloem, 15 g suiker, 1 mespunt zout, 100 g boter en 1 el koud water in de keukenmachine en maal snel tot een kruimelige massa. Kneed er een bal van en leg verpakt in vershoudfolie 15 min. in de koelkast.

2. Bestuif het werkblad en de deegbal met bloem en rol het deeg met de deegroller uit tot een cirkel van 28 cm doorsnede. Rol het deeg om de deegroller en rol het uit over de springvorm. Laat zakken en duw zachtjes in de vorm. Prik met een vork gaatjes in de bodem. Zet afgedekt 20 min. in de koelkast.

3. Verwarm de oven voor op 190 °C. Bekleed de deegbodem met bakpapier. Vul de bodem met een steunvulling (blind bakken), bijvoorbeeld gedroogde bonen. Bak in ca. 15 min. lichtbruin. Neem uit de oven, verwijder de bonen en het bakpapier en bak nog ca. 5 min. Laat de bodem in de vorm afkoelen. Zet de oven op 160 °C.

4. Rasp ondertussen de gele schil van de citroen en pers de vrucht uit. Roer de ricotta los. Smelt 40 g boter in een steelpan en voeg toe aan de ricotta samen met 2 eieren, de kaneel, de rest van de suiker, pijnboompitten, rozijnen met marsala en de citroenrasp en het -sap. Meng tot een egale massa en schenk op de bodem. Bak in ca. 70 min. in het midden van de oven goudbruin en gaar. Serveer op kamertemperatuur.