Nagerecht
4 personen
Ingrediënten
Deeg:
200 g bloem
50 g gezeefde poedersuiker
130 g ongezouten boter, gekoeld, in dobbelstenen
Ca. 50 ml ijswater
Snufje zout
Vulling
150 g ontpitte kersen (evt uit een pot, goed uitgelekt)
2 kleine Granny Smith appels, geschild en in stukjes van ca. 2 cm
1 dessertlepel maïzena
2 eetlepels witte basterdsuiker
losgeklopt ei
Bereidingswijze
Doe de bloem, poedersuiker, en zout in een foodprocessor en meng goed. Voeg de boter toe en draai tot je een mengsel hebt wat lijkt op zeer grof paneermeel. Voeg het ijswater toe en draai tot het deeg als een bal samenklontert. Doe die bal in folie en koel minimaal 30 min. In de koelkast.
Vet 4 – 6 holtes van een muffinvorm licht in en voer met stroken bakpapier die over de rand uitsteken (handig om de taartjes later uit de vorm te halen).
Verwarm de oven voor op 180 °C.
Rol het gekoelde deeg op een bebloemd oppervlak uit tot een dikte van 3 mm en voer er de muffinvormen mee. Maak ook passende deksels en leg die apart.
Meng de kersen, appels, suiker en maïzena en vul daarmee de deegbakjes. Dek ze af met de dekseltjes en gebruik een vork om de deksels vast te maken aan de wanden van de deegbakjes.
Maak een klein gat in de deksels zodat de stoom kan ontsnappen en bestrijk de deksels met losgeklopt ei.
Bak de taartjes in 35 – 40 min goudbruin.
Recept: Bill Granger (BBC food)