Bijgerecht
4 personen

Nasi


Ingrediënten

300 g pandanrijst
200 g fijngesneden kip
groene peper, fijngesneden
teentje knoflook, fijngesneden
stukje trassi
1 el sesamolie
1 el rijstazijn
2 cm gember, fijngesneden
2 el arachideolie
een sjalotje, fijngesneden
2 lenteuitjes, fijngesneden
 
Kook de pandanrijst volgens aanwijzingen op het pak. Laat uit uitstomen en zorg dat je een beetje een losse korrel houdt (niet van die plakrijst).
Doe de trassi, groene peper, knoflook, gember en sesamolie in een vijzel en maak er een prutje van. Maak de arachideolie heet in de wok en bak het prutje, als de geur van de trassi een beetje verdwenen is kun je de sjalotjes erbij doen en even meebakken. Een beetje extra arachideolie als het droogjes is is geen probleem. Doe de fijngesneden kip erbij en bak het bruin, voeg een lepel rijstazijn toe en laat nog even koken. Voeg lepel voor lepel de rijst toe en bak deze een beetje knapperig onder goed roeren.
Doe op het laatst de fijngesneden lenteui erbij. Doe terug in de rijstpan en houdt de nasi warm in een oven van 80 graden als je nog wat andere dingen moet doen (in mijn geval moest ik aan de slag met de Chinese rundvleesreepjes).
 
Bron: eigen recept